Categoriearchief: Opinie

Kosten en rendement van alcoholgebruik

Vandaag 9-7-2011 gaat de Volkskrant uitgebreid in op alcoholgebruik in Nederland. Op zich past zo’n onderwerp niet op deze site ware het niet dat in het artikel van Bert Wagendorp een aantal interessante kengetallen vermeld staan (titel van artikel is overigens: ‘Op naar een alcoholvrij Nederland). Deze kengetallen zeggen iets over het rendement van investeringen om het alcohol gebruik te verminderen. Daarnaast laat het artikel zien dat ondanks een hoog rendement van die maatregelen ze nog niet zomaar worden uitgevoerd.

De totale schade van alcolhol gebruik in Nederland in 2011 wordt geraamd op € 3,74 mrd. Het grootste deel van deze schadepost ligt in een hoger ziekteverzuim en lagere productiviteit op de werkplek. De volgende hoofdcomponent van de schadepost wordt gevormd door de met alcohol samenhangende criminaliteit. De kosten van gezondheidszorg en verslavingszorg voor alcohol gebruikers vallen relatief mee (met name begrijp ik omdat de levensverwachting van gebruikers lager is en dat pensioenkosten scheelt). Bovenop dit bedrag van € 3,74 mrd komen nog de kosten van verkeersongevallen door alcohol-gebruik, ongeveer € 1,7 mrd op jaarbasis. De opbrengsten voor de staat bedragen minder dan € 1 mrd aan accijnzen.

Nu is het blijkbaar zo dat de prijs van een glas bier niet de totale maatschappelijk schade compenseert. De huidige 8 cent accijns per glas zou dan naar 32 cent per glas moeten. Verder toont een studie uit 2010 aan dat elke Euro die geïnvesteerd wordt in alcohol reducerende maatregelen de samenleving € 2,80 oplevert. Een rendement van 180%! Ongetwijfeld zal er op de berekeningen wat af te dingen zijn, maar duidelijk is dat vanuit ‘maatschappelijke kosten baten analyse’ perspectief hier veel winst is te halen. De vraag is dus waarom ondanks dit hoge rendement striktere maatregelen achterwege blijven.

Het artikel noemt 2 hoofdoorzaken. Op de eerste plaats zijn daar de belangen van de alcohol-producerende sector met de bijbehorende lobby-inspanningen. Ik weet ook niet in welke mate winsten en werkgelegenheid van deze sector in de bovengenoemde berekeningen zijn meegenomen (maar nog los hiervan: een verhoging van accijnzen leidt zonder twijfel tot hogere opbrengsten voor de staatskas zonder een navenante daling van winsten en werkgelegenheid in de sector). De tweede oorzaak is het onvermijdelijke van alcohol, het is er altijd geweest en het zal er altijd zijn, het is de smeerolie van veel levens en overstijgt economie en rendement.

Rudy van Stratum

Verdienmogelijkheden (4): cultuur

Met deze verdienmogelijkheid wordt bedoeld het betrekken van de kansen die kunst en cultuur biedt bij de gebouwde omgeving. Kunst en cultuur kunnen een (economische) bijdrage aan een gebied leveren (zie bijvoorbeeld dit eerdere artikel op deze site). Succesvolle musea trekken bezoekersstromen aan, door meer ketensamenhang tussen de verschillende voorzieningen in een gebied (ik denk hier maar aan het beter laten aansluiten van de bus en de trein als metafoor) blijven bezoekers langer in een gebied en geven ze meer uit. De stijgende inkomsten van deze langer blijvende bezoekers vormen een bredere economische basis van de ontwikkeling van de regio. De verschillende betrokken culturele instituties (ketenpartners) zouden zich meer bewust moeten worden van de kansen die deze samenhang biedt, het cahier pleit hier voor meer ondernemerschap bij kunst en cultuur zodat ze eerder en beter werk maken van de samenhangende arrangementen (sorry voor het jargon, maar ik probeer dicht bij de oorspronkelijke tekst te blijven 🙂 ). Lees verder

Verdienmogelijkheden (3): bouw

Met de verdienfactor ‘bouw’ wordt hier bedoeld dat door verdere ketenintegratie voor, tijdens en na de bouw kosten kunnen worden bespaard bij gelijkblijvende of hogere kwaliteit. Dit fenomeen wordt ook wel integraal ontwerpen en bouwen genoemd. Vanaf het eerste moment moet helder zijn wat voor wie en met welke reden iets gebouwd gaat worden. Alle betrokken partijen werken van meet af aan samen om dat doel, de beste oplossing voor de vraag van de klant, te bereiken tegen minimale kosten. En de keten bestaat uit vele partijen: opdrachtgever, architect, aannemer, adviseur, installateur, gebruiker en zo verder. Lees verder

Kosten en baten van duurzaam bouwen

Ik werd bij een project gevraagd om iets te schrijven over de haalbaarheid van hoge ambities voor duurzaam bouwen (woningbouw). Veel barrières zijn er niet, technisch is het haalbaar en duurzame woningen kunnen heel aantrekkelijk zijn. We hebben het dus hoofdzakelijk over de economische haalbaarheid. Er was geen budget om hier een uitgebreid onderzoek naar te verrichten. Je zou denken dat op basis van eerder uitgevoerd onderzoek en vergelijkbare voorbeelden een onderbouwing te schrijven is. Mijn wens was dus een tabelletje met een aantal voorbeelden. Wat is er bereikt, welk type woning, wat waren de kosten en welke keuzes zijn gemaakt (bijv. kleiner bouwen). Dit dan afgezet  tegen gangbaar. Conclusie achteraf: het leverde niet op wat ik had verwacht. Hier een kort verslag van mijn speurtocht. Lees verder voor literatuur, discussiegroepen, praktische insteek en conclusies. Lees verder

Verdienmogelijkheden (1): beheer

Deel 1 van het 29-delige feuilleton over verdienmogelijkheden. De nummering is alfabetisch en beheer is de eerstgenoemde mogelijkheid. Beheer is een klassieker. Ik wil hem gelijk stellen aan Onderhoud (niet genoemd in publicatie), dus we hebben het over onderhoud en beheer. De kern is dat je naar de totale kosten en opbrengsten van een maatregel of investering kijkt gedurende een langere tijdshorizon. Als een maatregel aanvankelijk een hogere ‘inleg’ vereist dan hoeft dat geen punt te zijn als je die terug verdient doordat je jaarlijks lagere uitgaven hebt in verband met onderhoud, reparaties en zo verder. Zo simpel dat verdere uitleg overbodig is. Toch is de theoretische logica in de praktijk niet zo vanzelfsprekend. Soms wordt de afweging korte versus langere termijn wel degelijk gemaakt maar is het hogere bedrag ‘upfront’ niet beschikbaar. Dat is nu precies waar financiering (iemand anders schiet het bedrag dan tegen een vergoeding voor) een uitkomst is. Maar meestal wordt de afweging helemaal niet expliciet gemaakt. Mensen handelen vaak niet zo rationeel als het leerboekje ons wil doen laten geloven. Vaak wordt er niet zover vooruit gekeken en/of is het lastig (‘gedoe’) om draagvlak te krijgen voor het hogere geldbedrag vooraf.  Een andere reden waarom niet rationeel wordt gehandeld is dat de aanschaf uit een andere potje gebeurt dan het onderhoud. Een andere afdeling is verantwoordelijk voor beheer en onderlinge afstemming daarover vindt niet of nauwelijks plaats. De publicatie meldt nog als reden waarom beheer niet de aandacht krijgt die het verdient: beheer is weinig sexy bij bestuur en politiek waardoor veel aandacht uitgaat naar nieuwe ontwikkelingen. Duurzaamheid vereist dus dat we langer vooruit kijken en dat afdelingen onderling beter samenwerken. Open deuren natuurlijk.

EnergieNeutraal en Duurzaam In Staal (Endis gebouw)

Een brochure uit december 2010. Het gaat om een ontwerp voor een virtuele opdrachtgever dat is gepresenteerd in februari 2011 op de staalbouwdagen in Gorinchem. Het is een case-study in duurzaam en energiezuinig bouwen. De brochure waarin de case-study uitgebreid wordt toegelicht is beschikbaar en op meerdere plekken op het net te downloaden.  Apart genoeg om eens wat dieper op in te zoomen.

Om te beginnen, ik wil daar duidelijk over zijn, gaat het om een initiatief vanuit de staalbouw. Het ontwerp is, zoals de naam al aangeeft, een staalconstructie, dus speelt hier ook een achterliggende agenda en belang: aantonen dat je met staal duurzaam kunt bouwen. Op zich niets mis mee, maar wel goed om te weten. Mooi aan de studie is dat bewust vanaf het begin integraal wordt ontworpen en dat de financiële paragraaf ruim aandacht krijgt. Eerder heeft een team in opdracht van de provincie Noord-Brabant op soortgelijke wijze een aantal ontwerp-gebouwen doorgerekend op duurzaamheid. Uit deze studie (elders op deze site te vinden onder artikelen) bleek toen dat duurzaam bouwen op langere termijn rendeert. Desondanks komen deze signalen nog maar mondjesmaat door in de bouwketen. Er is altijd behoefte aan meer onderzoek en bewijsmateriaal, het liefst met concrete ontwerpen en berekeningen. Welnu, hier hebben we dus zo’n publicatie te pakken. Lees verder

Architecten over een andere indeling van het bouwproces

Architecten onder voorzitterschap van Jos Lichtenberg hadden alweer een half jaar geleden een rondetafel gesprek over een andere indeling van het bouwproces (zie site bouwiqonline (zoeken op ‘andere indeling proces’). Wij hebben in de praktijk van duurzaam bouwen regelmatig met architecten te maken. In onze aanpak maken we vooraf met toekomstige gebruikers een visuele ambitiekaart met daarop de doelen die gehaald moeten worden en de voorwaarden waaronder. Waar mogelijk werken we met concrete indicatoren waaraan je kan zien of die doelstelling in de praktijk ook gehaald wordt. Zo’n ambitiekaart is in het proces belangrijk bij de selectie van de architect: wil de architect hiermee werken en denkt hij de ambities ook waar te kunnen maken? Wat mij dan opvalt is dat bij de intake hier snel bevestigend op wordt geantwoord maar dat een aantal architecten zich in de praktijk als ‘kunstenaars’ gaan gedragen. Een ‘kunstenaar’ is iemand die in mijn beperkte definitie zijn eigen esthetische gevoel volgt en in grote eigenstandigheid zelf bepaalt wat hij doet. Een architect zoals wij die graag zien is iemand die zich als opdrachtnemer en dienstverlener committeert aan de opdracht en systematisch terugkoppelt over zijn vorderingen in relatie tot de geformuleerde doelen. In een goede dialoog met de opdrachtgever en op basis van zijn specifieke deskundigheid komt zo een gebouw tot stand dat alle stakeholders tot tevredenheid stemt en dat liefst ook een ‘mooi’ gebouw is (maar wel in die volgorde). Lees verder

Verdienmogelijkheden (‘Nederland boven water’)

Onlangs is een boekwerkje verschenen getiteld ‘Verdienmogelijkheden’ met als ondertitel ‘cahier gebiedsontwikkeling’. Het is een uitgave onder de vlag van innovatieprogramma ‘Nederland Boven Water’. Het gaat hier om een langjarig programma waar (denk ik) nogal wat geld achter zit  en waar ook zware mensen uit bedrijfsleven en overheid in allerlei gremia zijn vertegenwoordigd. Het thema verdienmogelijkheden heeft mijn aandacht en mijn verwachtingen waren hoog gespannen toen ik van dit boekwerkje hoorde. Om mijn verwachting vooraf te toetsen had ik al een powerpoint presentatie met de hoofdlijnen gedownload en dat smaakt naar meer. Je kent dat wel, je wordt lekker gemaakt en uiteraard moet je dan het boekje zelf bestellen. Voor 25 Euro heb ik dus het boekje bij bol.com besteld. Om maar met de deur in huis te vallen: toen ik het boekje uit de verpakking had geworsteld was de teleurstelling groot. Een flinterdun boekje met wat grote letter teksten en plaatjes. Eigenlijk de powerpoint presentatie maar dan op mooi papier afgedrukt en nog wat teksten ervoor en erna. En dat voor 25 Euro en voor zo’n groot en zwaar opgezet initiatief. Lees verder

Slimbouwen en ‘innovation by addition’

Via het initiatief van deze site kwamen we uit op het concept van slimbouwen, www.slimbouwen.nl. Ik ben meteen getriggerd door wat ik lees op deze site. Het is lastig te achterhalen waar het hier nu precies om gaat. Wie zijn de initiatiefnemers? Wat zijn de belangen? Is het een idee of zitten er ook echte producten achter? Even denk je: hier zitten wat partijen bij elkaar die even wat minder werk hebben en vanuit commercieel belang een leuke noemer hebben bedacht.

Het lijkt erop dat het initiatief is terug te voeren op de persoon van prof Jos Lichtenberg van de TU Eindhoven. In 2004 sprak hij een rede uit over het achterblijven van echte innovaties in de bouw. Ik heb die rede er eens bij gehaald. Interessant leesvoer. Lichtenberg wijst erop dat de Romeinen 2000 jaar geleden in hoofdlijnen al dezelfde constructietechnieken beheersten als wij. Ze stapelden met steen (stapelbouw, flatgebouwen met kamertjes), werkten al met complexe koepelconstructies en kenden al sanitaire voorzieningen en (loden) waterleidingen. Eeuwenlang is er niet veel veranderd. Pas veel later tijdens de industriële revolutie is daar staal(skelet)bouw bijgekomen.

Natuurlijk kwamen er andere wensen en mogelijkheden in al die eeuwen maar het fundamentele bouwproces is niet wezenlijk veranderd. Lichtenberg stelt dat er steeds een innovatie op het bestaande werd geplakt. Het nieuwe, bijvoorbeeld het isoleren van wanden, werd een optelling bij het bestaande. Hij noemt dat ‘innovation by addition’.  Feitelijk is zo een gefragmenteerde, suboptimale, lappendeken van technieken ontstaan. Lichtenberg verbaast zich erover dat waar elders regelmatig een totaal herontwerp plaats vindt, dit in de bouw er nog niet van is gekomen. Met name de installatietechniek krijgt ervan langs. Inmiddels maken de installaties eenderde van de totale bouwkosten uit, de leidingen en bekabelingen worden als het ware achteraf in het gebouw verweven waardoor oorspronkelijke ontwerpeisen achteraf vaak geweld wordt aangedaan en het gebouw enorm inboet aan flexibiliteit (wanden even verplaatsen gaat niet meer). Omdat het zwaartepunt bij de afbouw ligt, daar veel activiteiten tegelijk en op het einde binnenin het gebouw plaats vinden, lopen daar de ‘mannetjes’ elkaar in de weg. De bouwketen is complex, gefragmenteerd en elke schakel doet zijn ding vanuit een beperkt eigen perspectief. Ook wordt de keten gedomineerd door enkele spelers die een centrale plek in de sturing innemen (aannemers, projectontwikkelaars) en daar hun eigen belangen hebben. Tesamen met de complexiteit een goede verklaring voor de (ongewenste) status quo. Lees verder

Bedrijven betalen onze snelweg en geven garanties

De afgelopen weken hoorde ik op de radio twee keer een voorstel langskomen dat mijn slimme-financierings-belletje deed rinkelen. Ik maak bij voorbaat mijn excuus voor het niet gelezen hebben van de achterliggende stukken, ik baseer mij slechts op de berichtgeving in de media.

Het eerste plan kwam erop neer dat het bedrijfsleven zo omhoog zat met slechte bereikbaarheid in Noord-Brabant dat bedrijven bereid zijn om mee te betalen aan de verbetering van de A59. De extra verhoging van de WOZ-waarde die bedrijven bereid zijn te accepteren zou jaarlijks 3 ton extra inkomsten genereren. Het zou dan gaan om een verhoging van de OZB van zo’n 150 Euro per jaar per miljoen waarde onroerend goed. Ik kan zo niet inschatten of dat bedrag van 3 ton substantieel is ten opzichte van de totale investering. Ik neem aan dat voor de uitvoerbaarheid de verhoging geldt voor álle bedrijven in de regio (hoewel niet alle bedrijven even veel zullen profiteren). Ik weet ook niet of de (extra!) verhoging eeuwigdurend is of na een aantal jaren weer wordt terug gezet naar het oude niveau. Maar los van deze technische uitwerkingskwesties lijkt dit een kwestie van slimme financiering. Toekomstige extra revenuen bij bedrijven als gevolg van een investering door de overheid in het heden worden afgeroomd. Als gemeenten balanstechnisch in staat zijn die toekomstige extra kasstromen om te zetten naar meer vrije liquiditeit in het heden dan zou zo’n investering kansrijker moeten worden.

Een ander plan kwam erop neer dat een consortium van bedrijven een garantie zou geven op een maximale filelengte in Brabant en de Randstad van 3 kilometer als er nu 1 miljard door het Rijk wordt geïnvesteerd in nieuwe technologie. Goh, interessant denk je dan, daar zal goed over zijn nagedacht want een garantie geef je niet zomaar. Er zal wel een conditie zijn opgenomen dat als de file dan 1 dag per kwartaal 4 kilometer lengte is en dat bijvoorbeeld 2 kwartalen op een rij, het consortium acuut zelf het miljard uit de eigen portemonnee vist en overmaakt naar het Rijk. Maar de journalist begon door te vragen. Wat is dat dan voor garantie? Een vaag antwoord volgde, maar dit antwoord kwam erop neer dat het consortium echt de overtuiging had dat het ging lukken. Ja maar, probeerde de journalist nogmaals, als ik een auto koop en ik krijg garantie dan kan ik als mijn auto stuk is terug naar de garage en dan wordt het voor mij weer netjes hersteld zonder kosten (en desnoods krijg ik mijn geld terug). Dus hoe zit dat dan bij jullie? Weer een lang verhaal, maar weer geen echt antwoord. Geen garantie dus, concludeer ik dan, er werd niet gerept over boetes of terugbetaling van de hoofdsom. Dan de inhoud van de maatregelen. Ook hier weinig nieuwe dingen. Het ging vooral om het koppelen van veel informatie die al beschikbaar was of nog beschikbaar zou komen. Maar dat gebeurt nu ook al en zal uit zichzelf nog wel even doorgaan, en dat zonder sturend overheidsingrijpen. Misschien heb ik de clou gemist maar mijn boerenverstand zegt dat het hier gaat niet om een slimme financiering maar om een slimme verkooptruc. Geef ons maar extra opdrachten van een miljard zodat wij gesubsidieerd onze producten kunnen verbeteren. Waarschijnlijk leidt het tot minder files, maar als dat niet zo is, tja dan hebben we ons gewoon vergist, met nóg een miljard zal het ons zeker wél lukken.