Paul de Beer over economische groei

Ik kom een al weer wat ouder artikel van prof Paul de Beer tegen over de ‘valse beloften van economische groei’. Naar mijn mening een goede introductie op de problematiek. Ik vat hier zijn redenering samen:

aanleiding

Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat voorbij een bepaald welvaartsniveau extra economische groei niet meer bijdraagt aan het welzijn of het geluk van de bevolking. Integendeel, groei gaat vergezeld van negatieve bijverschijnselen zoals files, milieuvervuiling, stress en klinische depressies.

3 vragen

  1. waarom levert economische groei zo weinig echte welvaart op?
  2. waarom zijn we er dan toch aan verslaafd?
  3. en wat valt er aan te doen?

waarom levert economische groei zo weinig echte welvaart op?

  • Meer fysieke productie gaat gepaard met onbedoelde (negatieve) bijverschijnselen zoals hierboven al genoemd.
  • Loskoppelen van economie en ecologie (dus opheffen van negatieve bijverschijnselen) is een illusie (onderbouwing wordt niet bij geleverd).
  • Fred Hirsch (1). Eindelijk een mede-fan van Fred Hirsch met zijn klassieker ‘social limits to growth’: van sommige zaken komt er bij economische groei niet meer van, terwijl ondertussen de vraag ernaar wel stijgt. Voorbeelden zijn tijd en ruimte. Als we rijker worden willen we meer ruimte (grotere huizen, golfbanen) maar de totale hoeveelheid ruimte blijft gelijk. Naarmate we meer gaan verdienen hebben we meer tijd nodig om het uit te kunnen geven, maar de totale hoeveelheid tijd neemt niet toe. We kunnen steeds meer uitbesteden en zo tijd winnen maar het probleem is dat bij iedereen tijd schaarser wordt en de prijs van inhuur van arbeidsintensieve diensten steeds duurder wordt. Dat betekent nog harder werken en nog minder tijd en zo verder.
  • Fred Hirsch (2). Sociale schaarste. Iedereen wil een topfunctie, maar die zijn per definitie schaars. De waarde ervan wordt namelijk bepaald door het feit dat anderen er niet over beschikken. Iedereen wil een hoge opleiding, maar als iedereen een hoge opleiding volgt dan is die niet meer bijzonder. Dit is een vicieuze cirkel: naarmate we rijker worden gaan we meer belang hechten aan statusgoederen (waar topfuncties en hoge opleidingen voorbeelden van zijn).
  • Fred Hirsch (3). Meer keuzemogelijkheden. Toenemende welvaart gaat gepaard met meer keuzes maar het maken van keuzes is niet kosteloos. Kiezen kost tijd, geld en geestelijke inspanning. Als er meer te kiezen valt, dan is de kans dat je niet het beste kiest groot en als het jouw keuze is dan ben je daar zelf verantwoordelijk voor.

waarom zijn we dan toch verslaafd aan economische groei?

  • Voor iedereen persoonlijk levert economische groei wel degelijk voordelen op, als ik rijker word en jij niet dan wordt het milieu er echt niet slechter van en kan ik me toch een groter huis veroorloven.
  • Rijke mensen zijn gemiddeld wel degelijk gelukkiger dan arme mensen.
  • Het is onmogelijk dat iedereen rijker wordt ten opzichte van de anderen, daarom is een groot deel van de inspanningen die we leveren om rijker te worden voor de samenleving als geheel verspilde energie (in economisch jargon: niet efficient). (RvS: dit ziet er niet uit als een reden, lijkt op een herhaling van waarom het zo weinig oplevert).
  • Wellicht is het een genetische kwestie dat we altijd meer willen? Een overblijfsel van onze biologische overlevingsdrift? Misschien is het cultureel bepaald?

en wat valt er aan te doen?

  • Oplossingsrichting 1. Aanname: mensen worden gedreven door onderlinge vergelijking en status en eindeloze jacht naar meer. Er is sprake van een klassiek collectieve actieprobleem. Gedrag dat voor een individu rationeel is, is dat niet voor de gemeenschap als geheel. Individuele rationaliteit leidt tot collectieve dwaasheid. Als individu dit probleem op willen lossen is irrationeel: wie zijn auto vaker laat staan is langer onderweg naar zijn bestemming terwijl de files er niet korter door worden. Wie geen hogere functies meer ambieert die daalt op de statusladder. Er moet dus beleid komen dat hier expliciet rekening mee houdt.
  • Oplossingsrichting 2. Aanname: mensen hebben een eigen verantwoordelijkheid en willen ander gedrag vertonen als het gaat om relatie tussen welvaart en geluk. Aanknopingspunt is anders omgaan met rijkdom en status. (RvS: dat lijkt goed nieuws voor trainers en coaches, heel Nederland op cursus …).

Het gaat hier om een eerste voorzet van Paul de Beer circa 2006. Er zou discussie moeten komen met een doorwrochtere analyse als vervolg. Zover ik kan nagaan is dat vervolg er nooit gekomen. Jammer.

Rudy van Stratum

NB Met verwijzing naar ons eigen materiaal op slimme financiering wordt hier ook een lans gebroken voor verborgen kosten. Wij lopen daar in de praktijk vaak tegenaan. Je kunt uitrekenen dat het vervangen van de traditionele verlichting in een kantoor zich binnen pak hem beet 10 jaar terug verdient. Desondanks leidt zo’n inzicht beslist niet altijd tot acute vervanging van die verlichting. Er is dan blijkbaar sprake van verborgen kosten: – ik heb geen zin om erover na te denken, – andere problemen hebben een veel grotere prioriteit, – verlichting is niet sexy om in de board te bespreken (geen statusverhogende beslissing), – ik vertrouw de nieuwe leveranciers niet, – ik zit er jaren aan vast, – nu loopt het gesmeerd, er zijn geen klachten. Kortom: het maken van keuzes kost tijd en geld en die moeten in de afweging worden meegenomen. Wat wij voorstaan is: transparant beslissen. Inzichtelijk maken wat de ins en outs van de vraagstelling zijn. Op basis van alle relevante informatie de opdrachtgever zelf de beslissing laten nemen.