Tag archieven: denkfouten

Top 10 lessen psychologie (2)

Op zoek naar de belangrijkste lessen uit de psychologie, deel 2. Les nummero 1.

Les 1: Het is niet mogelijk jezelf goed te (leren) kennen.

Hoe slim je ook bent, je bent blijkbaar niet in staat objectief naar jezelf te kijken. Het brein spiegelt je steeds een andere werkelijkheid voor dan op basis van feiten en/of door de bril van een buitenstaander het geval zal zijn.

Je denkt van jezelf dat je beter bent dan gemiddeld. Dat je minder fouten maakt. Als je dan een fout maakt denk je dat anderen dat flink zal opvallen. Terwijl die anderen al weer met wat anders bezig zijn. Je blaast dus je eigen plek in het grotere geheel op, je vergroot het uit tot overdreven proporties. Het spotlight effect. Alsof jij in het middelpunt van de belangstelling staat.

Je denkt van jezelf dat je in control bent, althans je draait het zo dat dat is wat jezelf gelooft. Voorbeeld: je vriendin wil het uitmaken, maar dan ben je niet meer in control, dan overkomt het je. Je brein begint onmiddellijk te denken: eigenlijk wilde ik het zelf ook al uitmaken. Zodat je weer zelf aan de knoppen staat.

Je wilt consistent handelen dus maak je een mooi en kloppend verhaal van de feiten. Je zet de feiten naar je hand. Nieuwe feiten zul je ook zien door de bril van dit verhaal dat moet blijven kloppen. Daarom is het ook lastig voor anderen je te overtuigen van een ander verhaal. Er is een zeker maar smal ‘acceptatiegebied’ waar binnen je je verhaal nog kloppend kan krijgen. Daar buiten is het heel moeilijk te accepteren.

Je bent geneigd je eigen bijdrage in het geheel te overschatten. Zo levert het brainstormen in een groep in het algemeen minder op dan je zou verwachten. Mensen gaan zich dan naar elkaars oordeel zetten, met elkaar meepraten en elkaar bevestigen. Maar toch heeft ieder voor zich achteraf het idee dat het een goede discussie was waar hij zelf met name ook flink aan heeft bijgedragen.

We zien hier dus een veelheid aan denkfouten die we eerder bij Dobelli hebben gezien. Bij Vonk worden ze niet altijd van een label of naam voorzien, maar met wat puzzelen zou je die match wel kunnen maken. De rode draad is in mijn ogen: jij bent het middelpunt van de wereld en je kunt niet objectief naar jezelf kijken. Vonk beweert ook dat navelstaren en veel aan zelfreflectie doen je niet veel verder zullen helpen. Het zijn hogere krachten die in het spel zijn, de uitkomst lijkt redelijk vast te staan, wat je ook doet.

Zijn er tips te geven? De tip die bij Vonk meerdere keren terug komt is wat ik zou noemen: in 3e positie treden. Probeer afstand van jezelf te nemen en vanuit die ‘3e positie’ objectief naar jezelf te kijken. Doe of jezelf dan iemand anders is, hoe ziet dat er dan uit? Maar zoals gezegd: zodra je weer naar jezelf terugkeert, vergeet je de objectieve analyse weer snel en vervalt weer in de oude kleuring.

In de volgende blog les 2.

 

 

Top 10 lessen psychologie (1)

Inleiding

Een paar maanden geleden heb ik een poging gedaan de 10 belangrijkste lessen die de economie mij heeft geleerd op een rijtje te zetten. Laten we zeggen dat economie in de context van deze site de rationele of koude kant van de besluitvorming vertegenwoordigt. Maar de softe of irrationele kant komt geleidelijk ook meer in het vizier. Deze inzichten zijn hier op deze site vooral genoemd onder het hoofdje ‘denkfouten’.

De belangrijkste bron voor ons was hier het boek van Dobelli. Inmiddels zijn daar meer boeken en artikelen bij gekomen. De meest serieuze en uitgebreide bron, maar toch nog goed leesbaar en toegankelijk, is het boek van Nobelprijs winnaar Kahneman: ons feilbare brein. Maar er is ook de reeks denkfouten uit de Volkskrant van Suzanne Weusten (onlangs ook in boekvorm beschikbaar gekomen) en er is het werk van Roos Vonk. Veel van die bronnen hebben overigens overlap en geven grofweg dezelfde boodschappen af.

Dus ik dacht: waarom niet een soortgelijke exercitie doen voor ‘lessen uit de psychologie’? En dan niet ‘psychologie’ in de meest brede zin, maar puur pragmatisch vanuit de besluitvorming en slimme financiering. Welke lessen komen als rode draad steeds in deze bronnen terug? Ik ben geen psycholoog en veel meer dan de hierboven genoemde bronnen heb ik niet gelezen, dus het is een bescheiden poging. Ik zie wel waar het schip strandt, niet geschoten is altijd mis.

Vonk: Ego’s en andere menselijke gebreken

Ik neem dit boek van Roos Vonk als start. Later kom ik uitgebreider terug op Kahneman. Dobelli hebben we uitgebreid besproken en is de basis geworden voor een aantal infographics waarvan onze eerste indruk is dat ze redelijk goed werken in de praktijk. Waarom Vonk? Geen hoogdravende reden, ik had het boek toevallig bij me op een vakantie van een paar maanden geleden.

Het boekje leest makkelijk weg. Het is een verzameling columns eerder verschenen in het blad ‘Intermediair’ en, zo is mijn indruk, die zijn redelijk willekeurig achter elkaar gezet en van een kaft voorzien. Een echte structuur met een nummering zoals bij Dobelli ontbreekt. Ook ontbreekt in mijn ogen een ‘overall’ visie op het onderwerp. Dit is niet als kritiek bedoeld maar gewoon om aan te geven dat het een ander karakter heeft.

Elke keer als ik zo’n column had gelezen maakte ik voor mezelf een aantekening. Ik stelde me de vraag ‘wat is de kern of les die ik uit deze column kan trekken’. Ik wilde die bij voorkeur in een korte zin in de kantlijn wegschrijven. Op het eind heb ik al die boodschappen netjes onder elkaar getikt en heb naar dat lijstje zitten turen. Is hier sprake van een patroon? Wat me vooral opviel is dat veel boodschappen (lessen) herhaald werden. Een wat ander verhaal en een andere aankleding en anekdote, maar dezelfde les. Dus schrappen in de lijst. Deze kortere ingedikte lijst ben ik vervolgens gaan clusteren. Wat hoort bij elkaar of lijkt op elkaar? Zo hield ik uiteindelijk nog maar 4 hoofdlessen over. Helaas geen top 10 dus, maar misschien komen er later nog lessen bij of moeten bepaalde lessen worden opgeknipt in sub-lessen.

In de hierna volgende blogs ga ik de 4 lessen bespreken.

Rudy van Stratum

Denkfouten op de huizenmarkt?

Ook het CPB is inmiddels ‘into the’ gedrageconomie. In een recent memorandum (juli 2013, ‘Verliesaversie op de woningmarkt’, gewoon op de site van het CPB te downloaden) worden enkele inzichten uit de relatief jonge tak van de gedragseconomie tegen de huizenmarkt aan gehouden.

Aanleiding

De voorraad huizen die te koop staat is de laatste 5 jaar ongeveer verdubbeld. De prijzen van huizen zijn weliswaar gedaald maar niet voldoende om van herstel te kunnen spreken.

We hoeven nog niet meteen ons heil te zoeken in ‘alternatieve’ verklaringen. De standaard economische theorie kan minstens twee verklaringen aandragen. Starters (kopers in het algemeen) kunnen terughoudend zijn bij het aankopen van woningen vanuit de verwachting dat de prijzen nog verder zullen dalen. Dat is rationeel.  Aan de verkoperskant zou een verklaring kunnen zijn dat de verkoop van de woning leidt tot een restschuld die (her-) financiering van de nieuwe woning (door het vigerende beleid van banken) nagenoeg onmogelijk maakt. Ook dat is rationeel.

Dus ook standaard kun je wel aannemelijk maken dat veel woningen in de verkoop staan die vooralsnog niet verkocht worden zonder dat de prijs als gevolg daarvan nu onmiddelijk (verder) naar beneden gaat.

Gedragsverklaring

Maar, zo stelt de auteur, de standaard verklaringen lijken toch te kort te schieten op de huizenmarkt. Kan de gedragseconomie hier een (additionele) verklaring bieden?

In de studie worden 2 verklaringen met name genoemd. ‘Wij’ (handelende actoren) vinden het lijden van een verlies vervelender dan het winnen of krijgen van datzelfde bedrag ons aan geluk brengt. Er is dus sprake van een verliesaversie. Verder speelt mogelijk een rol het ‘endowment-‘ of ‘bezits-effect’. Dat houdt in dat actoren gehecht zijn aan wat ze reeds in hun bezit hebben en daar (rationeel bezien) moeilijker afstand van kunnen doen. Zie ook onze serie over financiële denkfouten.

Uit experimenten met panels (die vragen krijgen voorgelegd) zijn deze effecten al lang en breed aangetoond. Maar ook uit buitenlandse data (van feitelijke transacties op de huizenmarkten) blijken deze niet-rationele effecten een rol te spelen. Hetzelfde huis (qua ligging en eigenschappen) kan dus een andere vraagprijs ‘doen’ afhankelijk van tegen welke prijs de eigenaar het heeft verworven. Iemand die lang geleden het huis goedkoop heeft gekocht is dus bereid het huis tegen een lagere prijs te verkopen dan iemand die daar toevallig wat meer voor heeft betaald.

Nederlandse situatie

Maar dat is dus het buitenland. Hoe zit het in Nederland met deze effecten? De auteur gaat hier over op het begrip restschuld: van verliesaversie naar restschuld-aversie (waarschijnlijk omdat de beschikbare data die interpretatie wat makkelijker maakt). Uit de Nederlandse data blijkt dat ongeveer 50% van de eigenaren die langer dan 5 jaar in de woning woont te maken krijgt met een restschuld bij huidige verkoop.

Dan dooft het verhaal eigenlijk een beetje uit. De conclusie is dat dit gegeven (van die 50% die te maken krijgt met restschuld) een verklaring zou kúnnen zijn voor het niet-volledig herstel van de huizenmarkt. ‘Het is aannemelijk dat dit effect een rol speelt’. ‘Om hier meer zekerheid over te krijgen is aanvullend empirisch onderzoek nodig’.

Conclusie

Waar het om gaat (volgens mij) is dat er vanuit de economische professie zoetjesaan meer oog is voor nieuwe verklaringen, voor verklaringen die nog niet in de standaard tekstboek inleidingen economie staan. Ik zie het CPB-rapport maar als een oproep meer serieus empirisch onderzoek te (mogen) doen naar gedragseconomische componenten op de huizenmarkt (en in het kielzog daarvan: op de arbeidsmarkt etc). En dit is weer van belang omdat het toelaten van gedragseconomische verklaringen andere vormen van beleid mogelijk / noodzakelijk maakt (in het rapport is hier overigens ook nog een paragraaf aan besteed).

Vervolg

Slimme financiering (als website) bestaat nu 2 jaar. Het eerste jaar stond in het teken van ‘rendement’ of rationele besluitvorming. Het tweede jaar is daar de reeks ‘denkfouten’ aan toegevoegd vanuit het groeiende besef dat rationele rendementsberekening niet het hele verhaal kan vertellen. Wat we aanvankelijk verborgen kosten en opbrengsten hebben genoemd is daarmee ingekleurd met termen uit de nieuwe gedragseconomie (of psychologie).

Voor het derde jaar ben ik van plan dit thema nog aan te houden met verdere verdiepingen. Ik heb boeken van Roos Vonk (‘Ego’s en andere menselijke gebreken’) , Kahneman (‘Ons feilbare brein’) en van Thaler (‘Nudge’) gereed staan om die stap te zetten. Ik heb eerder een TOP 10 economische lessen gemaakt en zou op basis van de genoemde boeken iets soortgelijks kunnen doen voor de psychologie (in relatie tot financiële besluitvorming).

Rendement (5), intermezzo, schaapsherder (2)

Stijn vroeg me mijn kijk te geven op de schaap-discussie. In relatie tot ons thema: rendementsdenken. Inmiddels kun je het gedupeerde herders-echtpaar overigens financieel steunen via de site www.schaapskuddehetsoerel.nl. Jawel: crowdfunding.

Eerste overwegingen

Ik heb de tekst van het herders-echtpaar onderaan deze blog integraal overgenomen. Toen ik de tekst las zag ik parallellen met het stukje dat we eerder schreven over het aanprijzen van de fles bijzondere wijn. Dat stukje schreven we toen om onze reeks ‘denkfouten’ nog eens te illustreren. De wijn was zo bijzonder omdat de druiven met de hand werden geplukt, in houten vaten werden opgeslagen en zo verder. Bovendien ging het om een uniek en eenmalig aanbod en was de voorraad beperkt en wees er dus snel bij. Een dankbaar object om denkfouten als de ‘schaarstedwaling’ te illustereren.

En wat is het makkelijk om de tekst van het herdersechtpaar eens te leggen naast de tekst over de fles wijn. We zien de denkfouten zonder veel moeite weer terugkomen. Ik was al begonnen met een plaatje en daarbij de betreffende uitspraken en de daarbij horende denkfouten. Maar ergens dacht ik, dit is te makkelijk, dit voelt niet goed.

En zeker: ons herdersechtpaar kan ik ook gebruiken als voorbeeld van een minder geslaagde vorm van crowdfunding. Ze zijn al een jaar fondsen aan het werken en massa’s aan het mobiliseren en blijkbaar zonder al te veel succes. De landelijke media moeten er aan te pas komen om het zaakje in een versnelling te brengen. Maar ook hier weer de overweging: is dit nu de kern van de zaak?

En als ik de tekst van Stijn van gisteren er nog eens op nalees … Natuurlijk, dit is niet rationeel. Want waar gaat het om? Om het in stand houden van de heidegronden? Dat kan inderdaad goedkoper. Om het in stand houden van een oud beroep van schaapsherder? Ik weet het niet, en volgens mij weet niemand het.

En toch: er klopt iets niet, it doesn’t feel right.

Tweede overweging

Dus dat ga ik allemaal niet doen. Ik kies niet de rationele route, ik voel sterk de neiging het op te nemen voor dit herdersechtpaar.

De trigger was voor mij de tegenlicht-uitzending van gisteravond 15 april 2013. Duurzaamheidshoogleraar Jan Rotmans sprak een zin uit die mij trof: ‘als ik ergens een hekel aan heb is het aan het woordje ‘efficiency”. Volgens mij slaat Rotmans hier de spijker op zijn kop.

Met efficiency is op zichzelf niet zo veel mis. Je wilt met zo weinig mogelijk middelen een bepaald doel bereiken. Maar het begrip is uitgewoond en misbruikt. Het wordt te pas en te onpas gebruikt en er worden ongezien en ongemerkt (of misschien wel bewust) vele onnodige kosten en slachtoffers bij gemaakt. Efficiency gaat een eigen leven leiden en wordt als alibi gebruikt voor iets anders. Het wordt een koud en onpersoonlijk toverwoord dat vooral bedoeld is om mensen als nutteloos en overbodig weg te zetten. Het lokt de discussie niet uit maar stelt hem juist ‘kalt’.

Marktwerking is al een zelfde lot beschoren. We zijn ons niet meer bewust van de oorspronkelijke betekenis van het woord. Het is een ideologie, een geloof, een instrument in de verkeerde handen geworden. En het maakt meer kapot dan ons lief is. Ook nu kan ik weer een flauw woordenspel opvoeren: er is hier sprake van verborgen kosten en die moeten we dus netjes meenemen in de discussie. Maar laten we dat nu eens niet doen.

Kwaliteit

Efficiency en rendement gaan uit van de kortste route tussen het heden (startpunt, uitgangssituatie) en het doel. Dat je aan de weg zelf nog lol kan beleven, en dat dat vaak zelfs het doel is, wordt vergeten. Op de een of andere manier lijkt de invoering van deze misbruikte toverwoorden de essentie van het leven zelf te vernietigen.

Voorbeeld. Persoonlijke stokpaardje van mij. Ik bouw al sinds mijn jonge jaren zelf versterkers. Als je de ontwikkeling van versterkers beschouwt vanaf de jaren 20 van de vorige eeuw tot nu, dan zie je een voortdurende race om steeds efficiëntere versterkers te produceren. Ze worden in de loop van de tijd steeds kleiner, compacter en goedkoper. En ondertussen ook zuiniger en koeler.  De oude elektronenbuis wordt vervangen door de transistor, de transistor door het ‘integrated circuit’ en zo verder. Prachtig toch?

Misschien. En toch heb ik sterk de indruk dat de gehoormatige lol die je aan de versterkers kunt beleven steeds minder wordt. Er is dan ook een sterke revival (als sinds de jaren 80 van de vorige eeuw) om terug te keren naar handgemaakte inefficiënte versterkers met buizen uit de jaren 30. En daar is de fun weer helemaal terug. Wat een prachtig gezicht die gloeiende buizen, en vooral: wat kunnen we weer genieten van die mooie volle ruimtelijke klank die door buizen kan worden geproduceerd. Ik ken maar weinig mensen die het verschil niet onmiddellijk horen tussen die warme volle vintage-sound en het koude blikkerige geluid van de moderne opvolgers. Ingenieurs/techneuten zeggen dan: dat is allemaal vervorming die je met die buizen hoort, dat vinden we dan blijkbaar mooi, maar objectief gemeten zijn de moderne versterkers superieur.

Zie je de overeenkomst? Als ik naar de meettechnische rapporten kijk, kan ik weinig tegen de ingenieurs inbrengen, ze hebben gewoon gelijk. Maar wat heb ik daar als dagelijkse luisteraar aan? Het hart is uit de machine gehaald, de versterkers zijn kapot ontwikkeld, dat is wat ik gevoelsmatig ervaar en dat is waar ik mee te leven heb. Een bekend audio-goeroe had hier het woord ‘scroop’ voor uitgevonden. Een versterker moest ‘scroop’ hebben, het ding moest gewoon lekker klinken, ‘swingen’, je hoort dat meteen. Duizenden gitaristen (en niet de minsten) zweren nog altijd bij hun buizengitaar versterkers.

Efficiency vernietigt de scroop, marktwerking vernietigt de essentie van een samenleving.

Jaja, dan zul je ook nog wel ouderwetse platen draaien? Die klinken zeker ook beter dan CD’s dan?

Waar het dus wél om gaat

De schaapskudde heeft dus scroop en is een aanklacht tegen de vermeende efficiency. Het gaat om vakmanschap, om persoonlijke betrokkenheid, om de diversiteit van de verschijningsvormen in het landschap, om het kunnen aanschouwen van het nutteloze, bijzondere, toevallige. Dat zijn zaken die onbetaalbaar zijn en veel meer opleveren dan in getallen is uit te drukken. En het staat diametraal tegenover de anonimiteit en de rationaliteit. Super-efficient en meer van hetzelfde, maar dan wel heel veel en heel goedkoop. Misschien hebben mensen daar hun buik vol van, is dat tijdperk ten einde.

Zoals mijn vrouw jaren geleden al tegen mij zei: ‘en dan heb je dat ook weer voor elkaar, kun je dat nog sneller doen, ben je nog sneller klaar … maar wat ga je dan de rest van de dag doen? iets anders nog sneller doen?’.

En het echtpaar heeft natuurlijk gelijk. Een ander gaat het goedkoper doen, de hele opbouw aan kennis gaat verloren, en er komt een uitkering voor in de plaats. Het is helemaal niet goedkoper. En dan heb ik het nog helemaal niet gehad over alle kosten die gemaakt zijn om tot deze efficiency-beslissing te komen. Al die overleggen van die ambtenaren, het opstellen van aanbestedingsregels, het beoordelen van de voorstellen, het maken van de voorstellen door de indieners. Het gaat hier om een veelvoud aan kosten van de zogenaamde besparing die nu wordt gerealiseerd.

Rudy van Stratum

 

Integrale tekst Schaapskudde Het Soerel

 

 Traditionele schaapskudde kapot gemaakt door marktwerking

 

Schaapskudde Het Soerel is zo goed als ruiming.jpgfailliet. Zoals het er nu naar uitziet, moeten we aan het eind van deze week onze schapen verkopen. Na 25 jaar vakmanschap, hindernissen en hoogtepunten laten wij met veel pijn in ons hart het herderschap achter ons.

 

In 1988 begon het leven als schaapherder met als kroon op het werk een eigen schaapskudde in 1990. We groeiden uit tot een goedlopend bedrijf tot de schapen in 2001 werden getroffen door de mond- en klauwzeer. Zowel financieel als emotioneel was de schade ontzettend hoog en toch hebben we een nieuwe start gemaakt met onze schaapskudde. De terreinbeherende organisaties (TBO’s) hebben tijdens de MKZ-crisis het vuur uit hun sloffen gelopen om onze Schoonebeekers te behouden. Onze dank is nog steeds groot dat zij ons 22 jaar hebben gesteund en ons een warm hart hebben toegedragen.

 

Na jarenlang hard werken hebben we de vervolgschade afgeschud en konden we de toekomst weer positief tegemoet zien, tot in 2007 en de jaren daarna de kredietcrisis iedereen trof. Bij de TBO’s, waarmee we altijd zo’n goede relatie hebben gehad, was geen geld en plaats meer voor zelfstandige schaapherders. Daarom organiseerden we in 2012 de protesttrektocht Schapen Op Drift. De media-aandacht, steun van het publiek en bewegingen die binnen ons vakgebied in gang zijn gezet, waren verbluffend. Nu -een jaar later – zijn de effecten nog merkbaar. Maar helaas is het niet voldoende om ons overeind te houden.

 

Na de protesttrektocht hadden wij onze hoop gevestigd op Hulshorsterzand, een gebied van Natuurmonumenten waarvan wij al eerder delen hadden begraasd. Er waren al gesprekken geweest over begrazing met onze Schoonebeekers van het gehele terrein. Dit jaar dachten wij voor deze opdracht alle troeven in handen te hebben: terreinkennis, een overeenkomst om ook omliggende terreinen van Staatsbosbeheer, de gemeente Harderwijk en Vitens te begrazen, de cultuurhistorische waarde van de kudde en natuurlijk een scherpe prijs.

 

Ons was verzekerd dat de opdracht niet per se naar de goedkoopste aannemer zou gaan en eigenlijk leek alles in kannen en kruiken. Maar na een openbare aanbesteding – zo gaat dat met Europese financiering – is een niet-schaapherder die 40 procent onder de marktwaarde heeft geoffreerd er met de buit vandoor gegaan.

 

Wij weten dat niemand wakker ligt van een faillissement in het midden- en kleinbedrijf. Het is aan de orde van de dag. En toch is het zo zonde: een herdersechtpaar, hij met kennis van de dieren en van het hoeden en zij die precies op de hoogte is van alle regelgeving. Wij liggen wel wakker, want het enige wat ons rest is de bijstand. Voor dat geld hadden wij liever ons bedrijf voortgezet.

 

Kille bezuinigingen en marktwerking maken het de hardwerkende schaapherder onmogelijk. Ook in andere vakgebieden worden mensen wegbezuinigd die inmiddels weten dat goedkoper en beter niet samengaan. Wij roepen iedereen op die dit aan den lijve ondervindt om met ons op de deuren van de politiek en de ivoren torens van het geld en de vrije markt te bonzen totdat er echt iets verandert.

 

Wij hadden ons een ander vijfentwintigjarig jubileum voorgesteld.

Afronding financiële denkfouten (4), infographic

We sluiten onze serie over financiële denkfouten voorlopig af. Rudy heeft alle denkfouten beschreven, samen hebben we geprobeerd daar meer structuur in aan te brengen. Ons uitgangspunt daarbij is vooral om iets te maken dat praktisch nut heeft. We hebben daarom gekozen om grofweg het proces te gebruiken dat je doorloopt bij een project. Ongeacht het doel en resultaat van zo’n project (iets bouwen, kopen, organiseren, afbreken etc.) hebben dit soort processen veel gemeen. Het begint bij een aanleiding en eindigt bij een succes of een mislukking. Daar tussenin vindt overleg plaats, voer je onderzoek uit en worden besluiten genomen.

Een interessante vraag is nu welke denkfouten we dreigen te maken bij al die stapjes die we doorlopen. In onze infographic hebben we de denkfouten gekoppeld aan deze stappen. Een kort citaat geeft weer hoe de denkfout zich kan uiten. Vervolgens een korte tip hoe hier mee om te gaan. De denkfouten hebben we ingedeeld in 5 categoriën:

  • Belangen
  • Feiten
  • Tijd
  • Vertrouwen
  • Hechting

Allemaal erg beknopt, maar daardoor wel op één a4 af te drukken.

denkfouten flow5-01Het was best een worsteling om tot deze infographic te komen. Denkfouten kort samenvatten, nadenken over een structuur en vervolgens alles in één plaatje zien te krijgen dat ook nog eens overzichtelijk is (dat kan overigens vast veel beter). Vandaag bij de afronding begon ik me toch af te vragen welke denkfouten ik zelf eigenlijk gemaakt heb bij het maken van deze infographic. Immers ook dit was een proces dat begon met een goed (zo niet briljant ;-)) idee en uiteindelijk tot een resultaat heeft geleid (succes of mislukking, dat moet nog blijken).  Ik kan er wel wat bedenken:

  • Wat waren eigenlijk de alternatieve paden? Nog maar eens een jaartje laten bezinken, iemand anders vragen het te doen, alleen de denkfouten op kaartjes zonder proces erbij (kleiner maken), helemaal niets doen (denkfout action bias) etc.
  • The sunk cost fallacy. Er is zoveel tijd in gaan zitten, er moet nu ook wel iets uitkomen. Het gaat er hier natuurlijk om regelmatig de vraag te stellen of verder gaan wel tot voldoende rendement leidt, kan je de tijd niet beter ergens anders in stoppen. Ongeacht het resultaat dat er nu ligt kon het natuurlijk geen kwaad deze vraag eens te stellen, heb ik dus niet gedaan. Hier speelt overigens ook nog het endownment effect, je gaat je erg hechten aan het project en het mogelijk geweldige resultaat, moeilijk om los te laten.
  • Misschien moeten we tot slot ook nog de availability bias en conformation bias noemen. Het boekje van Dobelli lag in de winkel, mooie aanleiding om iets mee te doen. Maar we zijn niet op zoek gegaan naar literatuur die hier anders over denkt.

Maar, uiteindelijk stel ik mezelf gerust met de wijze woorden van Rolf Dobelli aan het eind van zijn boek. Belangrijke besluiten vragen om het afvinken van mogelijke denkfouten (daarvoor hebben we nu dus deze infographic), bij al het overige moet je gewoon vertrouwen op je intuïtie en je niet te druk maken. Blijft de vraag over of het maken van de infographic nou wel of niet een belangrijk besluit was.

Stijn van Liefland

 

 

 

 

Afronding financiële denkfouten (3), checklist

Dobelli sluit zijn boek af met de volgende passage: “Denkfouten vermijden kost heel veel moeite. Ik heb de volgende regel met mezelf afgesproken: in situaties waarin de consequenties groot kunnen zijn (…) probeer ik zo verstandig en rationeel mogelijk te beslissen. … Als de mogelijke schade klein is, breek je dan niet het hoofd en laat de fout toe. Het leven wordt er beter door.” Dat lijken mij wijze woorden. Twee opmerkingen naar aanleiding van deze passage.

Als eerste, je zou het nog sterker kunnen stellen, elke denkfout heeft een achterliggende oorzaak die eigenlijk best positief is. Bij een intuïtief besluit zal dat mechanisme je vaak helpen. Rudy heeft het er ook al over gehad, ons overlevinsinstinct werkt uitstekend. Bij een brand rennen we zo snel mogelijk weg zonder daar uitgebreid over na te denken. Overigens een situatie waarin je een beslissing neemt met grote consequenties maar dat terzijde. Als we door de oogharen naar de denkfouten kijken die de afgelopen maanden beschreven zijn, zien we 8 grondoorzaken. Niet wetenschappelijk onderbouwd, maar gewoon door de denkfouten te sorteren, daar nog eens over na te denken, over in gesprek te gaan, de zaak nog een keer te sorteren etc. Uiteindelijk komen we dus tot 8 aanleidingen die op zichzelf positief zijn maar zich uiteindelijk kunnen uiten in ondoordacht handelen. Zie onderstaand overzicht.denkfouten kern-01

Dit overzicht geeft welliswaar een aardig inzicht in de oorzaken van onze denkfouten maar biedt nog geen oplossing. Daarmee komen we bij het tweede punt, de checklist. Dobelli geeft aan een eigen checklist te hebben om denkfouten mee te voorkomen. Wij zijn daar wel benieuwd naar maar hebben deze tot op heden nog niet kunnen vinden. Wellicht maken we hier een denkfout en zijn we te goed van vertrouwen? Hoe dan ook aanleiding om zelf met een checklist aan de slag te gaan. Voor mezelf kwam ik al snel uit op 3 punten die in mijn ogen essentieel zijn om denkfouten te voorkomen:

  1. Vertrouw niemand. Vertrouw niet op de expert, je teamgenoten, de groep, maar ook niet op jezelf. Met andere woorden, wees altijd kritisch Sta ik hier volledig achter? Snap ik wat er wordt gezegd, kan ik de beredenering volgen? Heb ik niet te veel vertrouwen in mijn eigen kunnen? etc.
  2. Tegendenken. Ga bij een moeilijke beslissing niet alleen op zoek naar bevestiging van je eigen idee maar zoek ook actief naar tegengeluid. Zo kom je tot een beter besluit.
  3. Zorg dat je het doel in beeld houdt. De keuze die we nu gaan maken, brengt die ons dichter bij het doel? Of zijn we teveel van ons pad afgedwaald? Staat het middel centraal? Kijken we alleen naar de korte termijn? Verstoren hele andere belangen deze besluitvorming? etc.

Voglende week verschijnt het laatste artikel ter afronding van deze serie, een uitgebreide checklist, gekoppeld aan het proces dat we doorlopen als we een besluit nemen. Daarna? Dit is een boeiend onderwerp, we gaan er ongetwijfeld nog veel over schrijven om denkfouten uit beredeneringen te filteren en we voegen wellicht nog nieuwe fouten toe aan het overzicht.

Stijn van Liefland

Afronding financiële denkfouten (2), mooi overzicht

Wij werken nu aan een samenvatting van de financiële denkfouten in de vorm van een infographic die we volgende week zullen publiceren. Om inspiratie op te doen zijn we gaan kijken of anderen wellicht ook al een poging hebben gedaan om denkfouten te visualiseren. Een mooi voorbeeld is te vinden op information is beautiful. Het is duidelijk, we zijn niet de enige die geïnteresseerd zijn in denkfouten.Op information is beautiful zijn de denkfouten niet gekoppeld aan een inhoudelijk issue maar worden ze op zich zelf beschreven. Het zijn er dan ook veel meer dan bij ons en feitelijk is het vergelijkbaar met het boekje van Dobelli. Als je Engels geen probleem vindt en geen zin hebt om veel te lezen is het wellicht zelfs beter.

Totaal gaat het om 55 denkfouten, in 6 categorien, een korte uitleg en een citaat ter illustratie. Het enige dat ontbreekt is een handvat om de denkfout te voorkomen. Hoewel, als je de denkfout kunt herkennen moet je die toch ook kunnen voorkomen.

Denkfout1-01

Op de zelfde pagina is nog een link te vinden naar een analyse van een tekst van een kardinaal die tegen het homohuwelijk is. Een mooie analyse van de denkfouten die hier gemaakt worden (of waarvan hij hoopt dat wij er in trappen).

Stijn van Liefland

 

 

 

Financiële denkfout (20): hyperbolic discounting

Omschrijving

Deze denkfout betreft het fenomeen dat we een sterke voorkeur voor consumptie in het nu hebben. Het is natuurlijk niet zo vreemd dat we voor uitstel van consumptie een vergoeding willen hebben. Immers: in de tussentijd kan er iets gebeuren waardoor je niet meer in staat zult zijn alsnog te genieten van je uitgestelde consumptie. Maar er zijn experimenten gedaan waaruit blijkt dat het verder gaat dan dit op zich rationele verschijnsel. In vergelijkbare afwegingen (in termen van rekenkundige vergoedingen) is er een vertekening in ons brein richting het heden, het hier en nu.

Praktisch betekent dit dat we de verleiding vaak niet kunnen weerstaan om nu te consumeren. Omgekeerd is het lastig af te zien van genot zelfs met een beloning van later meer genot in het vooruitzicht. Aanbieders van korte termijn consumptief krediet maken gebruik van dit verschijnsel en zijn in staat een buitensporig hoge vergoeding in rekening te brengen.

Achtergrond

Dit verschijnsel heeft zijn ontstaan te danken aan het overleven van de soort in een onvoorspelbare en vijandige omgeving. Zodra je de beschikking over voedsel hebt moet je het consumeren. Voor je het weet eet een ander het voedsel op of erger nog: ben je er zelf niet meer om het op te kunnen eten.

Ook hier geldt blijkbaar weer dat we in een nieuwe en andere omgeving nog steeds diezelfde reflexen vertonen die ons destijds veel voordeel hebben opgeleverd. We hebben ook om die reden voorkeur voor zoet en vet. In de moderne tijd levert het snel en veel consumeren hiervan juist het tegendeel van een grotere overlevingskans op. Maar het mechanisme is sterker dan onze ratio, we blijven verleid worden.

Als we met de laatste denkfouten in deze serie in het achterhoofd naar de vraagstukken rondom duurzaamheid kijken dan wordt het duidelijk dat het om een complexe uitdaging gaat. We zijn geneigd een sterke nadruk op de korte termijn te leggen. We gaan voor meer materiële welvaart omdat we de illusie (blijven) hebben dat dat ons gelukkiger maakt. En als we in grotere anonieme groepen leven hebben we de neiging voor ons eigen belang te gaan en ons bij problemen te verschuilen achter de groep. En het gaat hier niet om bewuste acties van een kleine groep kwaadwillenden. Het zijn mechanismen die we allemaal diep in ons hebben en die we evolutionair van onze voorouders hebben meegekregen. Juist het idee dat dit voor ons niet geldt of dat we hier rationeel afstand van kunnen nemen, heeft alle kenmerken van weer zo’n denkfout.

Dit is voorlopig het laatste deel in deze reeks denkfouten. We lopen alle denkfouten nog eens na, kijken of we er niet ten onrechte een aantal buiten beschouwing hebben gelaten. Maar dan komt de belangrijkste slag: wat zegt deze verzameling denkfouten ons, wat is het patroon, wat is een overkoepelende indeling, hoe kan het ons beslissingsproces in de praktijk versterken? Kunnen we er een checklist of een beslishulp van maken? Wordt vervolgd.

Rudy van Stratum

 

Afronding financiële denkfouten (1), wijn kopen

De laatste financiële denkfout wordt eind deze week door Rudy behandeld. Daarna gaan we de reeks afronden met een aantal artikelen waarin we het geheel samen vatten en praktische tips geven over de omgang met deze denkfouten. We zullen afsluiten met een infographic. Vooruitlopend daarop vandaag kort de behandeling van een advertentie die vorige week in de Volkskrant stond.

De advertentie prijst een wijn aan. De eerste keer dat ik deze advertentie zag staan (of een vergelijkbare, er zijn veel varianten), dacht ik interessant, niet duur, misschien leuk om deze wijn eens te proberen. Gelukkig waren we al bezig met onze serie over financiële denkfouten en kon ik mezelf behoeden voor een impulsaankoop. De advertentie maakt handig gebruik van allerlei denkfouten die mensen (en ik dus ook) regelmatig maken. We hebben de tekst geanalyseerd, de belangrijkste denkfouten aangegeven en een aantal vragen opgenomen die je jezelf zou moeten stellen om een verkeerd besluit (in dit geval een impulsaankoop) te voorkomen. Gelukkig hebben we het hier over de aankoop van een doos wijn, maar realiseer je dat ook bij grotere aankopen zoals energiesystemen en vastgoed dit soort denkfouten op de loer liggen.

denkfout wijn-01

Overigens maken we hier zelf natuurlijk ook weer een geweldige denkfout. We zeggen het niet met zoveel woorden, maar tussen de regels door wordt het duidelijk, koop deze wijn niet, je wordt belazerd. Maar is dat zo? Als iemand gebruik wil maken van denkfouten om wijn te verkopen (wat niet verboden is), dan zegt dat niets over de kwaliteit van de wijn. Uiteindelijk kan alleen nader onderzoek ons hierbij helpen. Kopen dus die wijn en laat ons dan even weten of het de moeite waard is.

Stijn van Liefland

 

Financiële denkfout (19): hedonic treadmill

Omschrijving

Bij de ‘hedonic treadmill’ (de hedonistische tredmolen) gaat het om de illusie dat we door steeds meer materieel bezit ook een groter geluk en welbevinden bereiken. Uit onderzoek blijkt echter dat die dure nieuwe auto al snel gewoontjes wordt en dat het gelukzalige gevoel dat er bij hoort maar van relatief korte duur is. We keren binnen een periode van pak hem beet 3 maanden weer terug naar ons oude subjectieve geluksgevoel.

En als het dan gebeurt dat het grotere bezit gepaard gaat met terugkomende negatieve bijeffecten dan kan er per saldo zelfs sprake zijn van een gevoelsmatige verslechtering. Eindelijk hebben we dan die nieuwe baan met dat hogere inkomen. Dat positieve effect ebt dus weg na een paar maanden. Bovendien moet je je elke dag weer bewijzen in je nieuwe werkomgeving en elke dag weer in de file staan. Als het positieve effect is weggezakt blijf je dagelijks nog zitten met de terugkerende negatieve bijeffecten.

Oftewel: het hebben van de zaak is het einde van het vermaak.

Achtergrond

Maar dat weet toch eigenlijk wel iedereen, dat meer spullen en meer status uiteindelijk niet opleveren wat je ervan hoopt? Rationeel ergens wel, maar dat betekent blijkbaar niet dat je los van deze denkfout komt te staan. Dat is trouwens het geval met veel van deze denkfouten, je kunt er nog zo lang over nadenken per saldo gaat het om hogere krachten waar je ook zelf aan onderhevig blijft. Het zit in ons systeem en af en toe kunnen we dat rationeel vast stellen.

Maar waarom zit het in ons systeem? Dit vind ik een ingewikkelde denkfout. Aan de ene kant geldt dat meer bezit, meer materiële welvaart en meer status wél degelijk veel voordelen heeft. Er zal best een punt zijn waar voorbij dit niet meer geldt. Maar dat punt vaststellen is nog niet zo makkelijk. Verder geldt dat het bij onze soort niet alleen om de materiële absolute behoeften gaat. Vaak blijkt het om aandacht te gaan en de relatieve positie die we in de pikorde innemen. Als iedereen dus opschuift op de ladder, dan ontkom je er niet aan jezelf relatief te zien zakken en moet je weer een trede omhoog voor datzelfde effect.

De tredmolen zorgde in vroeger tijden in ieder geval voor een constante aanvulling van de voorraden en daarmee tot een grotere kans op overleven. En omdat de mens nooit tevreden is, gaat hij voortdurend op zoek naar groenere grasvelden en zo verkent hij de wereld en doet hij ontdekkingen. Dan kan het voor het individu misschien niet goed uitpakken (kijk naar de pioniers in de luchtvaart voor wie het vaak niet goed afliep), wij als soort hebben er achteraf veel voordeel van. Ik ben onvoldoende thuis in de evolutionaire biologie, maar ik meen me te herinneren dat wij niet per se iets doen wat goed is voor de soort. We gaan ons niet opofferen omdat dat goed is voor de soort als geheel. Hoe dan ook (moet Dawkins, the selfish gene, weer eens lezen) blijkbaar zit er een mechanisme ingebakken dat ons aanzet tot actie en uitdaging en innovatie vanuit een illusie dat we er ook gelukkiger van worden.

Daarom is de tip die Dobelli geeft best een rare: ga voor je passie, geniet van je vrije tijd, en realiseer je dat het uiteindelijk gaat om autonomie, vrijheid en vriendschap. Maar ondanks dat de meesten van ons dat wel inzien, toch handelen we er in de regel niet naar. En bovendien: als iedereen hiernaar handelt dan valt de wereld stil.

Rudy van Stratum