Tag archieven: systemen

Systeemdenken (4): De wielrennersparadox (vervolg)

Ik voel me als schaatser en fietser inderdaad onmiddellijk aangesproken door het artikel van Rudy. Eerder kwamen mijn nieuwe schaatsen al eens aan de orde in een artikel over rendement. Nu hebben we het dus over wielrennen. Allereerst, ik ben het grotendeels met Rudy eens, maar het ligt volgens mij wel wat ingewikkelder. Daarover later meer. Eerst een korte anekdote, dan de relatie met slimme financiering, tot slot mijn eigen visie op dit belangrijke onderwerp.

Ik deed een jaar of 5 geleden samen met een vriend mee aan een toertocht door Limburg en de Ardennen, 250 km heuvel op heuvel af. Vanaf  7.00 uur kon je vertrekken en dat deden we dus. Met nog ca. 40 km te gaan kwamen we bij een verzorgingspost een Italiaan tegen. Hij had een gruwelijk oude fiets, een fietsbroek waarvan het kruis op z’n knieën hing en een shirt dat vermoedelijk nog van z’n opa was geweest. Kortom het zag er niet uit. Maar, hij had minstens zo snel gefietst als wij, want eerder vertrekken dan 7.00 uur was niet mogelijk. Hij fietste een aantal kilometers achter ons aan tot hij op de steilste helling van de dag bij ons weg reed. Bij het eindpunt dronken we een biertje, liepen onze Italiaan tegen het lijf en maakten een praatje. Hij werkte sinds een jaar in Nederland, ergens in Limburg en kende daar vrijwel niemand. Wat doe je dan? In zijn geval een beetje fietsen. En als je vrijwel niemand kent heb je daar dus heel veel tijd voor. We hadden het ook over zijn sprint op die steile helling. “Ja, dat komt door mijn oude fiets, ik heb geen lichte versnelling, dus de enige manier om zo’n steile helling op te rijden is door het zo hard mogelijk te doen”. (Gelukkig zei hij daarna dat hij ons op de vlakke stukken bijna niet bij kon houden, dat was aardig van hem. ;-))

Waarmee de kern van Rudy’s verhaal wat mij betreft is bewezen, als je hard wil fietsen, aan je conditie wilt werken of af wil vallen, dan gaat het in eerste instantie niet om het materiaal maar om je inzet. Is dat dan alles en is materiaal dan onbelangrijk? Nee, zeker niet.

Fietsen, systeemdynamiek en slimme financiering
Als ik het artikel van Rudy lees komt bij mij de vraag op, wat had dit ook al weer met slimme financiering te maken? Heel veel wat mij betreft. Net als bij veel andere situaties hebben we hier te maken met één of meerdere doelen en is de vraag hoe je die doelen kunt bereiken. En uiteindelijk kom je dan volgens mij op de vraag hoe je daarbij het hoogste rendement haalt. Zet je doel aan de ene kant als positief (gezondheid, gewicht of wat dan ook), aan de andere kant staan de kosten, geld, blessures, ongelukken, de tijd die het je kost etc. Hoewel tijd, fietsen kan natuurlijk ook gewoon tijdverdrijf zijn, zie het verhaal over onze Italiaan. Meer tijd op de fiets draagt dan bij aan het verhogen van het rendement want het betekent minder verveling en verveling draagt negatief bij.

Waar Rudy volgens mij de mist in gaat is bij de formulering van het doel. Dat is namelijk voor de meeste fietsers niet alleen gezondheid, conditie en een goed gewicht, maar ook ontspanning, buiten zijn, gezelligheid, beetje competitie, je vrienden weer eens zien etc. De een leest een boek, de ander gaat vissen, weer andere gaan naar het café en sommige mensen gaan fietsen. Maar, al deze doelen maken het systeem wel complex. Vooral omdat deze doelen elkaar beïnvloeden. Is het gezellig met je vrienden, dan ga je vaker fietsen en gaat je conditie vooruit. Maar, een goede conditie is ook belangrijk om je vrienden bij te kunnen houden. Als je er steeds afgereden wordt (en er worden later nog grappen over gemaakt ook), dan is er op een gegeven moment weinig meer aan en ga je steeds minder fietsen. Overigens zijn er natuurlijk ook nog heel veel mensen die alleen fietsen.

Een tweede fout die Rudy maakt is te stellen dat het fietsen op een dure nieuwe fiets weinig inspanning vraagt. Zonder me hier verder in te verdiepen en dus gewoon op basis van eigen ervaring durf ik wel te stellen dat die fiets voor niet meer dan 10% de prestatie bepaalt, ik vermoed nog veel minder (dan laat ik het echte oude wrak met aanlopende banden even buiten beschouwing). De andere 90% moet dus gewoon uit het lichaam komen. Nou is 10% beste veel, het kan het verschil zijn tussen je vrienden wel of niet bij kunnen houden. Maar in mijn ogen veel belangrijker aan een fiets is dat die lekker zit, comfortabel, goede versnellingen etc. Een fiets waar je graag op zit en waarop je geen last krijgt van rug, achterwerk, knieën etc. hieronder mijn versie van deze dynamiek, ik heb wat toegevoegd (wijst zich zelf) en enkele woorden veranderd (met rood aangegeven).

wielrenparadox2-02

Maar stel nu dat je een nieuwe (dure) fiets hebt gekocht, dat was eigenlijk niet nodig want de oude zat ook goed, maar deze is lichter, aerodynamischer en dus sneller. En als je dan geïnvesteerd hebt in deze dure fiets, en je kan nu je vrienden wel bij houden en daardoor ga je nu vaker en verder fietsen en wordt je conditie steeds beter en je gewicht steeds lager, dan is het de investering wel waard geweest. Maar als je net begint met fietsen en nog een buikje weg moet werken, dan is de kans klein dat je opeens je vrienden bij kunt houden. Het is waarschijnlijk beter eerst een jaartje op die oude fiets te trainen, met een mooie beloning (nieuwe fiets) in het vooruitzicht als je je doel gehaald hebt (kilo’s eraf, 5000 km gefietst, noem maar op).

Blijft er één wezenlijk punt over uit het artikel van Rudy, de ratrace om steeds beter materiaal te kopen waarmee je mogelijk sneller zou kunnen gaan. Dient dat nog een doel? Misschien, ergens is er blijkbaar een enorme drijfveer om sneller te kunnen fietsen, vrouwen, aanzien? Er moet iets zijn, op de een of andere manier willen we ons immers steeds weer bewijzen (of in ieder geval is er een groep die dat wil). Helpt steeds beter materiaal daarbij? Niet echt denk ik. Tegenwoordig heb je fietsen die elektronisch schakelen. In plaats van die hendeltjes aan je stuur druk je op een knopje. Lijkt me reuze handig en comfortabel. Maar, was schakelen nou het grote probleem tijdens het fietsen? Nee natuurlijk niet. Het grote probleem is dat de helling te stijl is, de wind te hard waait, je vrienden te snel fietsen en jouw conditie niet goed genoeg is. Het idee alleen al dat iets nieuws zou kunnen leiden tot een hogere snelheid is voor sommige mensen echter alvoldoende om een nieuwe (dure) fiets te kopen. Het rendement van deze investering is twijfelachtig.

 

wielrenparadox2-03

Gelukkig zit goed presteren voor een groot deel tussen de oren, als die fiets uit zich zelf al niet sneller is, dan voelt het in ieder geval een stuk lekkerder en sneller.

Stijn van Liefland

Energieprijzen, dynamiek en systeem

In drie artikelen hebben we de argumenten / factoren verzameld die de energieprijzen bepalen. We zijn daarin zeker niet volledig geweest, maar de belangrijkste hebben we wel gehad. Echter, alleen het op een rij zetten van argumenten is niet voldoende. Sommige argumenten komen op meerdere plaatsen terug, schaliegas kan je als argument gebruiken voor dalende energieprijzen, maar je kunt ook een verhaal bedenken waarom het tot stijgende energieprijzen gaat leiden. Hetzelfde geldt voor duurzame energie.

We hebben daarom een poging gedaan de argumenten / factoren meer dynamisch weer te geven. Het argument van technologische vooruitgang en daardoor dalende prijzen is wel aardig, maar het gaat alleen maar op als de prijzen hoog zijn. Bij lage prijzen is er helemaal geen noodzaak voor innovaties, het zoeken naar nieuwe bronnen etc. Door de verbanden in beeld te brengen worden dit soort relaties duidelijk.

Het is een eerste poging van ons om systemen en dynamiek in beeld te brengen. We hebben het als een van de ambities voor 2014 op ons lijstje staan, ons verder verdiepen en scholen in dynamiek en systemen. Er gaan er dus nog meer volgen.

Terug naar de dynamiek rondom de energieprijzen. We hebben de  verschillende argumenten en  factoren opgenomen en met behulp van pijlen de relatiesweergegeven. Een pijl kan betekenen dat het een het ander versterkt of dat het een het ander juist tegenwerkt.

  • Versterking betekent dat de richting van het een tot dezelfde richting van het ander leidt. Bijvoorbeeld, wordt de vraag groter (hoger) dan stijgen de energieprijzen (hoger). Omgekeerd, wordt de vraag kleiner (lager) dan dalen de energieprijzen (lager). Versterking betekent dus niet dat het altijd groter wordt maar dat het tot hetzelfde effect leidt. We hebben dat aangegeven met “S” van same direction, een soort universele notatie die op veel plekken gebruikt wordt. Voor het overzicht hebben we deze pijlen blauw gemaakt.
  • Tegenwerking betekent precies het omgekeerde. Een ontwikkeling in de ene richting leidt tot een effect in de andere richting. Bijvoorbeeld, als het aanbod van energie stijgt (hoger) dalen de prijzen (lager) en omgekeerd, als het aanbod van energie daalt (lager) dan stijgen de prijzen (hoger). We hebben dat aangegeven met “O” van opposite direction (ook hier universeel taalgebruik). Voor het overzicht hebben we deze pijl oranje gemaakt.

Als je dat weet dan spreekt de rest van de figuur voor zich. In de figuur zijn verschillende lussen te zien. De belangrijkste zijn de lussen met vraag en aanbod. Beide lussen zijn zogenaamde “balancing loops”, een hogere energieprijs leidt tot toename van zuinig gedrag, dat leidt tot een afname van de vraag en dat leidt weer tot een lagere prijs. Er zijn ook versterkende lussen (meer leidt tot meer of minder leidt tot minder), in het Engels reinforcement loops, maar die komen in deze figuur niet voor (dan zou je een lus moeten hebben met alleen blauwe lijnen).

Energieprijzen
Leidt deze figuur nou tot een ander of nieuw inzicht? Laat ik daar eerlijk in zijn, ik weet het niet. Ik zie twee grote balancing loops wat suggereert dat de prijzen daardoor altijd ongeveer gelijk zullen blijven, maar dat hoeft natuurlijk niet. Een balancing loop kan ook betekenen dat er nooit grote uitschieters komen, of beter dat grote uitschieters ook werkelijk uitschieters zijn en dat we na verloop van tijd weer terugkeren richting het gemiddelde. Maar dat wil niet zeggen dat er geen trend mogelijk is omhoog of naar beneden en dat de prijzen over een langere periode omhoog of naar beneden gaan.

Stijn van Liefland